Barolo, een van de meest gelauwerde Italiaanse wijnen, heeft bijna alles te danken aan een Fransman: Louis Oudart. Hij leerde de Piedmontese hun druif, nebbiolo kennen, het kleine monster met de dikke schil dat meestal pas in oktober rijp is. De sleutelwoorden: hygiëne en warmte. Tot Oudart was Barolo zoet, omdat de vergisting stopte zodra het koud werd in Piedmonte, meestal in november. Niet alle suiker was dan al omgezet in alcohol. Door de kelders te verwarmen werd de fermentatie verlengd en de droge Barolo was geboren.
Ook in de meer recente wijngeschiedenis speelt Frankrijk een hoofdrol. In de jaren 1970 en 1980 begonnen Elio Altare en een aantal van zijn vrienden Bourgondische technieken toe te passen: minder extractie, kortere fermentatie en rijping op kleine (Franse) eiken vaten. Het resultaat was een wijn die eerder op dronk was. Een oorlog met de klassieke wijnmakers (lange maceratie, langzame vergisting, grote Sloveense vaten) was het gevolg.
Inmiddels zijn de klassieke stijl en de moderne stijl naar elkaar toegegroeid. De modernen gebruiken minder nieuw hout en de klassieken hebben veel meer oog op fruit en aroma’s.
Tegenwoordig is Serradenari een voor Piemontese begrippen modern bedrijf. Naast nebbiolo wordt hier – met succes – ook pinot noir en chardonnay verbouwd. Vader Giovanni en moeder Gabriella, een pittige Siciliaanse, drijven hier samen met dochter Giulia de onderneming. Giulia heeft in de winescene de bijnaam Barolo Girl. Ook hondje Tartufaia doet mee. Zij is naamgever van de serie wijnen die Giulia op de markt brengt.
De Barolo La Vetta 2013 heeft aroma’s van viooltjes, kersen, tabak met fijne tannines. 90 punten Wine Enthusiast en 90 punten Decaner!