De Haut-Médoc is het zuidelijke deel van de Médoc. Nergens op deze aarde wordt meer kwaliteitswijn gemaakt dan op deze, door Leeghwater in de 17e eeuw, drooggelegde moerassen.
In de beschutting van de bossen van Les Landes in het westen en aflopend naar de Gironde in het oosten bevinden zich de beroemde wijngaarden van ‘de grote vier’; Saint-Estèphe, Pauillac, Saint-Julien en Margaux. De wijngaarden tussen deze dorpen en die wat verder weg van de Gironde vormen de lager geclassificeerde appellatie Haut-Médoc.
De Médoc wordt gekarakteriseerd door een mild maritiem klimaat, ideaal voor de groeicyclus van de wijnstokken.
De wijngaarden van Saint-Julien liggen dicht bij het estuarium wat bescherming biedt tegen strenge winters en de soms hete zomers. Saint-Julien is de kleinste in omvang van ‘de grote vier’. Maar wat het dorp qua hoeveelheid wijngaarden mist, wordt goed gemaakt in kwaliteit, Saint-Julien heeft de hoogste dichtheid top Châteaux.
De bodem bestaat hier voornamelijk uit grind en kiezelstenen. Hierdoor krijgen de wijnen veel structuur, kracht en rijpingspotentieel – iets minder dan Pauillac. Qua aroma zijn er echter wellicht meer nuances te vinden, een zeer geparfumeerde wijn met tijd. Als we ‘de grote vier’ vergelijken laat Saint-Julien een perfect equilibrium zien tussen een super krachtige, lange Pauillac en een hele fijne, precieze Margaux.
Benieuwd naar Saint-Julien? Neem dan hier een kijkje!